'Mams is dood!', klinkt een huilerige stem door de
telefoon. Anna schrikt niet eens. 'Zo. Is mevrouw dood? Nou, opgeruimd
staat netjes,' zegt ze. Ze verbreekt de verbinding. Zakt op de eerste de
beste stoel. Ze zit op de blijdschap te wachten, maar ze voelt even
niets. Haar moeder is dood. Nou, dat heeft ze dan ook weer gehad.
Terwijl ze vrijdag nog bijna langs was gegaan' Zo zie je maar, goed dat
ze door reed'
Met deze woorden begint 'Kleine Vos'. Anna kijkt
terug op de tijd dat zij als kind de strijd aanbond met haar seksueel
gestoorde moeder. Ze beraamt plannen en doet zelfs pogingen om 'mams',
die haar misbruikt, te vermoorden. Haar vader, een dromer, weet van
niets. Hij houdt zich in zijn vrije tijd het liefst bezig met zijn
hobby: de geschiedenis van de stad 's-Gravenhage. Kleine Vos is een
autobiografische roman, maar geen egodocument. De schrijfster hanteerde
de romanvorm om verdichtingen in tijd en gebeurtenissen aan te kunnen
brengen. Marianne Janssen (Den Haag, 1947) heeft sinds haar 18e jaar in
de journalistiek gewerkt. De laatste 30 jaar werkte ze voor De
Telegraaf, onder meer als onderwijsredacteur en columniste. In 'Oud was
voor later' (Karakter Uitgevers) werden honderd columns gebundeld. Nu ze
in de vut is, schrijft ze door. Ze startte de blog 'Kleintje Nieuws'
met klein nieuws voor Nederlanders over de grens en ze schreef deze
eerste roman: Kleine Vos.
Kleine Vos is een groen boek. Het komt alleen uit als e-book en als pod (printing-on-demand). Dat spaart papier en milieu.