Beschrijving
De kerkers van het kwaad De gewelddadige, duistere krochten van de ziel Op een mooie herfstdag is Diane getuige van een gruwelijke gebeurtenis in het Nationaal Park de Cevennen in Zuid-Frankrijk. Vier jagers tuigen een jongen af en gooien het lijk in een diepe kloof. Als de mannen merken dat Diane hen heeft gezien, zetten ze de achtervolging in. Tegelijkertijd krijgt de dakloze Remy een baan aangeboden. Een rijke man vraagt hem of hij tuinman wil worden op zijn kasteel. Als Remy de dag daarna wakker wordt, merkt hij dat hij is opgesloten in een kamer van het kasteel. En hij deelt dat lot met drie andere mannen, die illegaal in Frankrijk zijn. Dan breekt de hel los. Vijf mensen blijken te zijn ingezet als prooi. Een meedogenloze jacht volgt. Wie zal er overleven?
Recensie(s)
NBD|Biblion recensie
Dit verhaal -eigenlijk zijn het er twee- heeft als hoofdpersonages de dakloze zwerver Remy en de beroepsfotografe Diane. Om uiteenlopende redenen komen ze in de Franse Cevennen terecht en zijn ze op de vlucht voor de dood. De alwetende verteller beschrijft welke mensen ze ontmoeten en welke gruwelen ze beleven. Over de link tussen beiden vernemen we slechts eenmaal iets, pas na driekwart van het verhaal en in amper enkele regeltjes. Proloog en epiloog niet meegerekend beslaat het verhaal ongeveer vierentwintig uur. De schrijftechnieken zijn allerminst nieuw, maar zelden zijn ze zo doeltreffend ingezet: korte, directe zinnen; afwisseling tussen de twee parallelle, onafhankelijke plotlijnen; kernachtige, rake beschrijvingen van het karakter, de voorgeschiedenis en de motieven van de personages, en ook van de omgeving, als decor van de gruwelen. Begrippen als 'macht' en 'mensenjacht' typeren de inhoud nog het beste. Spannend, maar niet voor al te gevoelige lezers. De Franse auteur ontving prijzen voor eerdere boeken, waarvan 'De duisternis valt'* al in het Nederlands is verschenen.